Multi Channel oscilloscoop-software update, versie 1.45

23 november 2022

Versie 1.45 van de Multi Channel oscilloscoop-software is nu te downloaden.

Veel veranderingen zijn gemaakt om nieuwe functionaliteit toe te voegen en de bediening van de software te verbeteren. Dit is een overzicht van enkele van de veranderingen.

Opmerking: Deze nieuwe versie van de Multi Channel oscilloscoop-software vereist een nieuwe driver, wat onder aan de pagina besproken wordt.

Voorinstellingen en -werksets

Wanneer u diverse vaak gebruikte meetinstellingen heeft, is een eenvoudige manier om deze te gebruiken ze op te slaan als Voorinstellingen. Een voorinstelling bevat instrument-instellingen, software-desktop-instellingen als welke I/O's worden gebruikt en wat is getoond in grafieken, enz. en meetwaarden.

Een voorinstelling wordt opgeslagen bij de software en is daarna toegankelijk via een Voorinstelling-knop op de voorinstellingenwerkbalk.

User presets toolbar

Voorinstellingen kunnen eenvoudig worden gemaakt, veranderd of verwijderd met een enkele muisklik. Ze kunnen een beschrijvende naam gegeven worden die wordt getoond als de muis zich boven de knop bevindt.

Als u verschillende toepassingen heeft die elk hun eigen voorinstellingen hebben, kunnen de voorinstellingen worden georganiseerd in werksets, om een beter overzicht te houden en een eenvoudiger toegang. De Multi Channel oscilloscoop-software kan een ongelimiteerd aantal werksets hebben, met elk tot 20 voorinstellingen.

Lees meer over Voorinstellingen en werksets.

Auto setup-scherm

Wanneer een onbekend signaal is verbonden met de oscilloscoop, is de eenvoudigste manier om de oscilloscoop in te stellen gebruik te maken van de auto setup-functie. Die zal diverse instellingen van het instrument aanpassen om het signaal op een bruikbare manier weer te geven: stabiel getriggerd, met 2 tot 6 perioden van het signaal in beeld.

Klikken op de AutoSetup-knop Auto setup-knop op de instrumentbalk opent het Autosetup-venster.

Auto Setup dialog

In dit venster wordt bepaald welke instrumentinstellingen kunnen worden aangepast door de software om de meest bruikbare instelling voor het aangesloten signaal te krijgen.

De Autosetup-modus bepaalt hoe de Autosetup wordt uitgevoerd:

  • Eenmalig de Autosetup wordt eenmalig uitgevoerd, als de knop Eenmalig wordt geklikt.
  • Continu de Autosetup wordt continu uitgevoerd om de gewenste instellingen aan te passen als het ingangssignaal verandert.
  • Uit de Autosetup wordt uitgeschakeld.

De modus Continu kan worden gebruikt om constant veranderende signalen te volgen, zodat die toch steeds duidelijk in beeld zijn.

Nieuwe signaalanalyse-I/O's toegevoegd

Een aantal nieuwe I/O's is toegevoegd aan de software, om uw signalen te analyseren en er de meeste informatie uit te halen.

Maximum-I/O

De Maximum-I/O is toegevoegd aan de software. Deze bepaalt de maximum waarde van een signaal, per periode of over het totale signaal.

Een specifieke toepassing is het loggen van maximale waarden van een signaal, bijvoorbeeld de netspanning.

Maximum-I/O instellingenscherm

Figuur 1: Maximum-I/O instellingenscherm

Minimum-I/O

De Minimum-I/O is aan de software toegevoegd. Deze bepaalt de minimum waarde van een signaal, per periode of over het totale signaal.

Een specifieke toepassing is het loggen van minimale waarden van een signaal, bijvoorbeeld de netspanning.

Minimum-I/O instellingenscherm

Figuur 2: Minimum-I/O instellingenscherm

Maximum - Minimum-I/O

De Maximum - Minimum-I/O is aan de software toegevoegd. Deze I/O bepaalt de Maximum - Minimum-waarde of top-top-waarde van een signaal, per periode of over het totale signaal.

Een specifieke toepassing is het loggen van top-top-waarden van een signaal, bijvoorbeeld de netspanning.

Maximum - Minimum-I/O instellingenscherm

Figuur 3: Maximum - Minimum-I/O instellingenscherm

Signaal-analyse-I/O's verbeterd

Een aantal I/O's zijn verbeterd, om het analyseren van uw signalen te verbeteren en nog meer informatie uit uw signalen te halen.

RMS-I/O

De RMS I/O is verbeterd. Een Modus-instelling is toegevoegd waarmee wordt bepaald of de effectieve waarde over een totale meting of per periode afzonderljk in het ingangssignaal wordt bepaald.

Een specifieke toepassing is het loggen van efectieve waarden van een signaal, bijvoorbeeld de netspanning.

RMS-I/O instellingenscherm

Figuur 4: RMS-I/O instellingenscherm

Pulsdecoder-I/O

De Pulsdecoder-I/O is uitgebreid. Deze heeft nu meer ingangen, Z en Home.

De Z-ingang kan worden gebruikt om op de Z-uitgang van een incrementele encoder aan te sluiten. Deze uitgang produceert 1 puls per omwenteling van de encoder. Dit kan worden gebruikt als nulpunt-referentie.

De Home-ingang kan worden gebruikt om een Home-signaal van een machine met een of meer encoders op an te sluiten. Dit Home-signaal wordt door de machinebesturing gebruikt in combinatie met de encodersignalen, om zijn toestand te bepalen.

De bijbehorende instellingen Nulinstellingsmode, Z-flank en Home-flank zijn toegevoegd om te bepalen hoe de Z- en Home-signalen afgehandeld worden door de Pulsdecoder.

Pulsdecoder-I/O instellingenscherm

Figuur 5: Pulsdecoder-I/O instellingenscherm

Afkap-detectie toegevoegd aan grafieken en meters

Wanneer het ingangssignaal groter is dan het ingangsbereik en autoranging is uitgeschakeld, zal het ingangssignaal worden afgekapt op het uitersten van het ingangsbereik. Afhankelijk van het signaal dat wordt gemeten is dit niet altijd goed zichtbaar in de grafiek of meter. Als gevolg daarvan kan de meting verkeerd worden geïnterpreteerd, wat in fouten resulteert.

Om dat te voorkomen is afkap-detectie voor grafieken en meters toegevoegd. Als afkap-detectie is ingeschakeld, zal de software indicatoren plaatsen in de grafiek en/of meter wanneer het signaal is afgekapt doordat het groter is dan het ingangsbereik.

Afkapping waargenomen

Figuur 6: Afkapping waargenomen

Lees meer over afkap-detectie voor grafieken en meters.

Instellingenschermen voor kanalen en I/O's verbeterd

Diverse aanpassingen zijn gemaakt in de instellingenschermen voor instrumenten, kanalen en I/O's.

De instellingenschermen hebben nu een instelling Geavanceerd. Standaard laten de instellingenschermen alleen de meest gebruikte instellingen zien. Wanneer Geavanceerd wordt ingeschakeld, wordt het uitgebreide scherm getoond met alle instellingen. Lees meer over de Geavanceerd-instelling bij de programmainstellingen.

Geavanceerd en eenvoudig I/O-instellingenscherm

Figuur 7: Geavanceerd en eenvoudig I/O-instellingenscherm

De knoppen om het kanaal of de I/O in de actieve grafiek te plaatsen of uit de actieve grafiek te verwijderen en of de lijn zichtbaar is of niet, zijn omgezet naar vinkjes, voor een eenvoudiger bediening.

Een kleurindicator voor de lijnkleur van een kanaal of I/O in een grafiek is toegevoegd.

Expressie-afhandeling getalinvoervelden verbeterd

Op veel plaatsen in de software is het mogelijk getallen in te voeren, bijvoorbeeld om de versterkingswaarde van een Versterking/Offset-I/O in te stellen.

Getallen invoeren kan op diverse manieren:

  • als standaard getal, bijvoorbeeld 1200
  • in wetenschappelijke notatie, bijvoorbeeld 1.2e3
  • met gebruik van voorvoegsels, bijvoorbeeld 1.2k or 1k2
  • als een expressie, bijvoorbeeld 10 * ( 100 + 20 )

Expressies kunnen behalve getallen ook haakjes (altijd in paren) , constanten en wiskundige functies gebruiken.

Elke expressie die is ingevuld wordt geëvalueerd door de software en de uitkomstwaarde wordt gebruikt. De expressie wordt bewaard, zodat deze later eenvoudig is aan te passen. De expressie wordt ook opgeslagen wanneer een setup in een .TPS-bestand wordt opgeslagen en opnieuw ingelezen als dat bestand later wordt geopend.

Lees voor meer informatie expressies in getalinvoervelden gebruiken.

Exporteren van waarden uit grafieken is verbeterd

Exporteren van waarden uit grafieken is verbeterd.

Wanneer waarden uit een grafiek met meer bronnen (lijnen) worden geëxporteerd, kunnen alle bestandstypen die minimaal een van de bronnen kunnen opslaan worden geselecteerd. Als de bronnen niet samen in een bestand opgeslagen kunnen worden, bijvoorbeeld omdat ze een verschillende tijdbasis hebben, worden ze in afzonderlijke bestanden opgeslagen.

Wanneer waarden uit een grafiek worden geëxporteerd, worden alleen waarden van lijnen die zichtbaar zijn opgeslagen. Waarden van verborgen lijnen worden niet opgeslagen.

Markeringen aan een grafiek toevoegen bij loggen van waarden

Wanneer een streaming meting wordt uitgevoerd (datalogger) en een Dataverzamelaar wordt getoond in de actieve grafiek, zal drukken op de Spatiebalk een commentaarlabel in de grafiek plaatsen, op de huidige tijdlocatie. Het label bevat de tekst Trigger met een volgnummer, 1 voor de eerste die wordt geplaatst, 2 voor de tweede die wordt geplaatst, enz. Dit kan worden gebruikt om specifieke momenten tijdens het meten te markeren.

Markeringen toegevoegd aan een grafiek tijdens loggen van data.

Figuur 8: Markeringen toegevoegd aan een grafiek tijdens loggen van data.

Lees meer over plaatsen van markeringen tijdens loggen van data.

Overige veranderingen

Divere andere, minder prominente veranderingen zijn gemaakt in de software:

  • Streamen is geoptimaliseerd in de low-level-routines, wat tot gevolg heeft dat de hoogste stream-snelheden makkelijker haalbaar zijn op meer computers.
  • In het triggerinstellingenscherm:
  • De tabel die wordt getoond wanneer verbonden met een CAN-decoder heeft nu standaard ook een Ack-kolom.
  • EMI referentiesignalen zijn toegevoegd en bijgewerkt om overeen te komen met de EN 55011:2016-standaard
  • De Trigger Hold-Off-optie in het instrumentmenu en instellingenscherm is vervangen door een Presamples geldig-vinkje.
  • De actie Assen uitlijnen in een grafiek is veranderd naar een mode.
  • Wanneer de samplesnelheid in streaming mode wordt veranderd, wordt geprobeerd de verhouding tussen recordlengte en samplesnelheid gelijk te houden.
  • De standaard recordlengte en samplesnelheid van instrumenten is aangepast, afhankelijk van het instrumentmodel en gebruikte verbinding (USB, LAN of WiFi).
  • Het standaard bestandsformaat van de Schijfschrijver is op CSV gezet.
  • De gebruiksinterface-talen Duits, Japans en Pools zijn bijgewerkt. De meeste Quick setups zijn nu ook beschikbaar in het Spaans.
  • Vele andere kleinere aanpassingen en verbeteringen

Nieuwe driver

Deze nieuwe versie van de Multi Channel oscilloscoop-software vereist dat een nieuwe USB-driver is geïnstalleerd op de computer, versie 10.0. De installer voor de nieuwe driver is opgenomen in de installer van de Multi Channel oscilloscoop-software en kan optioneel worden uitgevoerd, als deze nog niet geïnstalleerd is.

Deze nieuwe driver is niet compatibel met de vorige driver. Dit betekent:

  • Als de oude driver (versie 8.1.9 of ouder) is geïnstalleerd:
    • kan de nieuwe Multi Channel oscilloscoop-software versie 1.45 de instrumenten niet openen via USB.
  • Als de nieuwe driver (versie 10.0) is geïnstalleerd:
    • kan oudere Multi Channel oscilloscoop-software (versie 1.44.1 of ouder) de instrumenten niet openen via USB.
    • kan zelfgemaakte software gebaseerd op LibTiePie 0.9.16 of ouder de instrumenten niet openen via USB.